Uitleg Verbaal redeneren:
Bij verbaal redeneren krijg je teksten voorgelegd waarover stellingen zijn opgesteld. Aan jou de vraag om in beperkte tijd te bepalen of de stellingen ‘juist’, ‘onjuist’ of ‘onbepaald’ zijn. Met ‘onbepaald’ wordt aangeduid dat de (on)juistheid van de stelling niet met zekerheid is op te maken uit de tekst.
0 of 12 Vragen completed
Vragen:
Je hebt de quiz al eerder voltooid. Daarom kun je hem niet meer opnieuw starten.
Quiz is aan het laden…
Je moet inloggen of inschrijven om de quiz te starten.
U moet eerst het volgende invullen:
0 van de 12 Vragen vragen correct beantwoord
Uw tijd:
De tijd is verstreken
Je hebt 0 van de 0 vragen behaald, (0)
Behaalde punt(en): 0 of 0, (0)
0 verslag(en) in afwachting (mogelijke punt(en): 0)
Je staat al 1-0 voor door deze oefentest te maken. Slim!
De meeste mensen die deze gratis test doen, kopen ook ons ‘Alle Capaciteitentesten pakket’. De perfecte voorbereiding voor je assessment. Van alle 11 verschillende onderdelen (modules) hebben we veel meer oefenvragen (met uitleg) voor je klaar staan.
Nu van €50,- voor €24,95
Met ruim drie koppen per dag is de Nederlander een stevige koffiedrinker. Niets om je voor te schamen. Juist heel gezond, zo blijkt. De vele tochtjes naar de koffieautomaat zorgen niet alleen voor de broodnodige beweging en afleiding, steeds meer wetenschappelijk onderzoek wijst uit dat koffie toch echt behoorlijk gezond is. Zonder suiker en melk wel te verstaan. Koffie, zowel mét als zonder cafeïne, is goed voor onze lever. Dat ontdekten onlangs onderzoekers van het Amerikaanse National Cancer Institute. ‘Eerdere onderzoeken hadden er al op gewezen dat koffie een mogelijk beschermend effect op de lever heeft’, zegt hoofdonderzoeker Qian Xiao. ‘Wie gemiddeld 3 of meer koppen koffie per dag drinkt heeft een lager niveau aan abnormale leverenzymen dan iemand die helemaal geen koffie drinkt. Uit ons onderzoek blijkt dat dit ook geldt bij het drinken van decafeïne koffie.’ Eerdere onderzoeken wezen er ook al op dat het drinken van koffie helpt tegen de ontwikkeling van ziektes als Parkinson en de ontwikkeling van diabetes type-2. In beide gevallen komt dit wel door de aanwezigheid van cafeïne in de koffie. Diezelfde cafeïne zou ook nog eens het functioneren van de kleine bloedvaten verbeteren, zo beweerde een kleinschalig Japans onderzoek vorig jaar. Bij 27 volwassenen werd de bloedstroom in een vinger gecontroleerd na het drinken van een kop koffie. Gedurende 75 minuten was de doorstroom 30 procent hoger dan bij decafeïne-drinkers. ‘Dit geeft ons een indicatie hoe koffie zou kunnen helpen bij hart-en vaatziekten’, zo concludeert cardioloog en hoogleraar Masato Tsutsui van de universiteit van Ryukyus in Okinawa, Japan.
Stelling: Koffie met cafeïne helpt voor een betere bloeddoorstroom in de vinger.
Dit is gewoon hard zoeken naar het antwoord. Het helpt om een nieuwe tekst bij de eerste vraag snel helemaal door te lezen zodat je daarna globaal weet waar de tekst over gaat en je hierdoor ook weet waar informatie kan worden teruggevonden.
Met ruim drie koppen per dag is de Nederlander een stevige koffiedrinker. Niets om je voor te schamen. Juist heel gezond, zo blijkt. De vele tochtjes naar de koffieautomaat zorgen niet alleen voor de broodnodige beweging en afleiding, steeds meer wetenschappelijk onderzoek wijst uit dat koffie toch echt behoorlijk gezond is. Zonder suiker en melk wel te verstaan. Koffie, zowel mét als zonder cafeïne, is goed voor onze lever. Dat ontdekten onlangs onderzoekers van het Amerikaanse National Cancer Institute. ‘Eerdere onderzoeken hadden er al op gewezen dat koffie een mogelijk beschermend effect op de lever heeft’, zegt hoofdonderzoeker Qian Xiao. ‘Wie gemiddeld 3 of meer koppen koffie per dag drinkt heeft een lager niveau aan abnormale leverenzymen dan iemand die helemaal geen koffie drinkt. Uit ons onderzoek blijkt dat dit ook geldt bij het drinken van decafeïne koffie.’ Eerdere onderzoeken wezen er ook al op dat het drinken van koffie helpt tegen de ontwikkeling van ziektes als Parkinson en de ontwikkeling van diabetes type-2. In beide gevallen komt dit wel door de aanwezigheid van cafeïne in de koffie. Diezelfde cafeïne zou ook nog eens het functioneren van de kleine bloedvaten verbeteren, zo beweerde een kleinschalig Japans onderzoek vorig jaar. Bij 27 volwassenen werd de bloedstroom in een vinger gecontroleerd na het drinken van een kop koffie. Gedurende 75 minuten was de doorstroom 30 procent hoger dan bij decafeïne-drinkers. ‘Dit geeft ons een indicatie hoe koffie zou kunnen helpen bij hart-en vaatziekten’, zo concludeert cardioloog en hoogleraar Masato Tsutsui van de universiteit van Ryukyus in Okinawa, Japan.
Stelling: Het beschermde effect van koffie op de lever is er alleen bij koffie met cafeïne.
De (on)juistheid van deze stelling staat ergens letterlijk in de tekst.
Met ruim drie koppen per dag is de Nederlander een stevige koffiedrinker. Niets om je voor te schamen. Juist heel gezond, zo blijkt. De vele tochtjes naar de koffieautomaat zorgen niet alleen voor de broodnodige beweging en afleiding, steeds meer wetenschappelijk onderzoek wijst uit dat koffie toch echt behoorlijk gezond is. Zonder suiker en melk wel te verstaan. Koffie, zowel mét als zonder cafeïne, is goed voor onze lever. Dat ontdekten onlangs onderzoekers van het Amerikaanse National Cancer Institute. ‘Eerdere onderzoeken hadden er al op gewezen dat koffie een mogelijk beschermend effect op de lever heeft’, zegt hoofdonderzoeker Qian Xiao. ‘Wie gemiddeld 3 of meer koppen koffie per dag drinkt heeft een lager niveau aan abnormale leverenzymen dan iemand die helemaal geen koffie drinkt. Uit ons onderzoek blijkt dat dit ook geldt bij het drinken van decafeïne koffie.’ Eerdere onderzoeken wezen er ook al op dat het drinken van koffie helpt tegen de ontwikkeling van ziektes als Parkinson en de ontwikkeling van diabetes type-2. In beide gevallen komt dit wel door de aanwezigheid van cafeïne in de koffie. Diezelfde cafeïne zou ook nog eens het functioneren van de kleine bloedvaten verbeteren, zo beweerde een kleinschalig Japans onderzoek vorig jaar. Bij 27 volwassenen werd de bloedstroom in een vinger gecontroleerd na het drinken van een kop koffie. Gedurende 75 minuten was de doorstroom 30 procent hoger dan bij decafeïne-drinkers. ‘Dit geeft ons een indicatie hoe koffie zou kunnen helpen bij hart-en vaatziekten’, zo concludeert cardioloog en hoogleraar Masato Tsutsui van de universiteit van Ryukyus in Okinawa, Japan.
Stelling: Koffie met cafeïne draagt bij aan een beter geheugen.
Probeer goed de scheidingslijn te vinden wanneer iets echt juist is en wanneer het nog een grijs gebied is en daardoor onbepaald is.
Met ruim drie koppen per dag is de Nederlander een stevige koffiedrinker. Niets om je voor te schamen. Juist heel gezond, zo blijkt. De vele tochtjes naar de koffieautomaat zorgen niet alleen voor de broodnodige beweging en afleiding, steeds meer wetenschappelijk onderzoek wijst uit dat koffie toch echt behoorlijk gezond is. Zonder suiker en melk wel te verstaan. Koffie, zowel mét als zonder cafeïne, is goed voor onze lever. Dat ontdekten onlangs onderzoekers van het Amerikaanse National Cancer Institute. ‘Eerdere onderzoeken hadden er al op gewezen dat koffie een mogelijk beschermend effect op de lever heeft’, zegt hoofdonderzoeker Qian Xiao. ‘Wie gemiddeld 3 of meer koppen koffie per dag drinkt heeft een lager niveau aan abnormale leverenzymen dan iemand die helemaal geen koffie drinkt. Uit ons onderzoek blijkt dat dit ook geldt bij het drinken van decafeïne koffie.’ Eerdere onderzoeken wezen er ook al op dat het drinken van koffie helpt tegen de ontwikkeling van ziektes als Parkinson en de ontwikkeling van diabetes type-2. In beide gevallen komt dit wel door de aanwezigheid van cafeïne in de koffie. Diezelfde cafeïne zou ook nog eens het functioneren van de kleine bloedvaten verbeteren, zo beweerde een kleinschalig Japans onderzoek vorig jaar. Bij 27 volwassenen werd de bloedstroom in een vinger gecontroleerd na het drinken van een kop koffie. Gedurende 75 minuten was de doorstroom 30 procent hoger dan bij decafeïne-drinkers. ‘Dit geeft ons een indicatie hoe koffie zou kunnen helpen bij hart-en vaatziekten’, zo concludeert cardioloog en hoogleraar Masato Tsutsui van de universiteit van Ryukyus in Okinawa, Japan.
Stelling: Koffie met suiker en melk is ongezond.
Als de uitspraak is dat fietsen gezond is, is niet fietsen dan ongezond?
Tegenstanders wijzen echter op de nadelen van deze maatregel. Voor veel mensen, vooral die in zware beroepen of met gezondheidsproblemen, is langer doorwerken geen realistische optie. Dit kan leiden tot uitval door ziekte of voortijdige pensionering met een lager inkomen. Zij pleiten daarom voor maatwerk, zoals een flexibele pensioenleeftijd die rekening houdt met het beroep en de persoonlijke situatie. Ook speelt de ongelijke levensverwachting tussen lagere en hogere inkomensgroepen een rol in het debat.
Daarnaast blijkt uit onderzoek van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) dat veel Nederlanders sceptisch staan tegenover de verhoging van de pensioenleeftijd. Vooral mensen met een lager opleidingsniveau en fysiek werk maken zich zorgen dat zij de pensioenleeftijd niet gezond zullen halen. Ook het Centraal Planbureau (CPB) waarschuwt dat de werkgelegenheid voor ouderen niet altijd optimaal is, waardoor oudere werknemers soms moeite hebben om aan het werk te blijven of een nieuwe baan te vinden.
De discussie over de verhoging van de pensioenleeftijd blijft daarom actueel. Een oplossing die zowel financieel duurzaam als sociaal rechtvaardig is, blijft een grote uitdaging.
Stelling: De hogere levensverwachting maakt het steeds lastiger om het huidige pensioenstelsel betaalbaar te houden
Zie eerste deel van de tekst.
De verhoging van de pensioenleeftijd is een veelbesproken onderwerp in Nederland. Door de vergrijzing en een stijgende levensverwachting wordt het steeds lastiger om het pensioenstelsel betaalbaar te houden. De AOW-leeftijd is daarom gekoppeld aan de levensverwachting en wordt geleidelijk verhoogd. Volgens voorstanders is het logisch om langer door te werken, aangezien we gemiddeld langer gezond blijven. Dit zou niet alleen het systeem houdbaar maken, maar ook voorkomen dat toekomstige generaties met hogere premies te maken krijgen.
Tegenstanders wijzen echter op de nadelen van deze maatregel. Voor veel mensen, vooral die in zware beroepen of met gezondheidsproblemen, is langer doorwerken geen realistische optie. Dit kan leiden tot uitval door ziekte of voortijdige pensionering met een lager inkomen. Zij pleiten daarom voor maatwerk, zoals een flexibele pensioenleeftijd die rekening houdt met het beroep en de persoonlijke situatie. Ook speelt de ongelijke levensverwachting tussen lagere en hogere inkomensgroepen een rol in het debat.
Daarnaast blijkt uit onderzoek van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) dat veel Nederlanders sceptisch staan tegenover de verhoging van de pensioenleeftijd. Vooral mensen met een lager opleidingsniveau en fysiek werk maken zich zorgen dat zij de pensioenleeftijd niet gezond zullen halen. Ook het Centraal Planbureau (CPB) waarschuwt dat de werkgelegenheid voor ouderen niet altijd optimaal is, waardoor oudere werknemers soms moeite hebben om aan het werk te blijven of een nieuwe baan te vinden.
De discussie over de verhoging van de pensioenleeftijd blijft daarom actueel. Een oplossing die zowel financieel duurzaam als sociaal rechtvaardig is, blijft een grote uitdaging.
Stelling: “Alle inkomensgroepen profiteren evenveel van een langere levensverwachting en kunnen dus langer doorwerken.”
Hoe is langer doorwerken voor zware beroepen?
Tegenstanders wijzen echter op de nadelen van deze maatregel. Voor veel mensen, vooral die in zware beroepen of met gezondheidsproblemen, is langer doorwerken geen realistische optie. Dit kan leiden tot uitval door ziekte of voortijdige pensionering met een lager inkomen. Zij pleiten daarom voor maatwerk, zoals een flexibele pensioenleeftijd die rekening houdt met het beroep en de persoonlijke situatie. Ook speelt de ongelijke levensverwachting tussen lagere en hogere inkomensgroepen een rol in het debat.
Daarnaast blijkt uit onderzoek van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) dat veel Nederlanders sceptisch staan tegenover de verhoging van de pensioenleeftijd. Vooral mensen met een lager opleidingsniveau en fysiek werk maken zich zorgen dat zij de pensioenleeftijd niet gezond zullen halen. Ook het Centraal Planbureau (CPB) waarschuwt dat de werkgelegenheid voor ouderen niet altijd optimaal is, waardoor oudere werknemers soms moeite hebben om aan het werk te blijven of een nieuwe baan te vinden.
De discussie over de verhoging van de pensioenleeftijd blijft daarom actueel. Een oplossing die zowel financieel duurzaam als sociaal rechtvaardig is, blijft een grote uitdaging.
Stelling: “De verhoging van de pensioenleeftijd is noodzakelijk om toekomstige generaties te beschermen tegen hogere premies.”
Wat zeggen de voorstanders in de eerste alinea van de tekst?
Tegenstanders wijzen echter op de nadelen van deze maatregel. Voor veel mensen, vooral die in zware beroepen of met gezondheidsproblemen, is langer doorwerken geen realistische optie. Dit kan leiden tot uitval door ziekte of voortijdige pensionering met een lager inkomen. Zij pleiten daarom voor maatwerk, zoals een flexibele pensioenleeftijd die rekening houdt met het beroep en de persoonlijke situatie. Ook speelt de ongelijke levensverwachting tussen lagere en hogere inkomensgroepen een rol in het debat.
Daarnaast blijkt uit onderzoek van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) dat veel Nederlanders sceptisch staan tegenover de verhoging van de pensioenleeftijd. Vooral mensen met een lager opleidingsniveau en fysiek werk maken zich zorgen dat zij de pensioenleeftijd niet gezond zullen halen. Ook het Centraal Planbureau (CPB) waarschuwt dat de werkgelegenheid voor ouderen niet altijd optimaal is, waardoor oudere werknemers soms moeite hebben om aan het werk te blijven of een nieuwe baan te vinden.
De discussie over de verhoging van de pensioenleeftijd blijft daarom actueel. Een oplossing die zowel financieel duurzaam als sociaal rechtvaardig is, blijft een grote uitdaging.
Stelling: “Uit onderzoek blijkt dat vooral hoger opgeleiden positief staan tegenover de verhoging van de pensioenleeftijd.”
De stelling is wellicht aannemelijk, maar wordt het ook vermeld in de tekst?
In Nederland spelen sportverenigingen een belangrijke rol in de sportdeelname van jongeren. Veel kinderen en tieners zijn lid van een sportclub, wat hen niet alleen helpt om fysiek actief te blijven, maar ook sociale vaardigheden en teamgeest bevordert. Ondanks het belang van sporten voor de gezondheid, lijkt de tijd die jongeren besteden aan sport af te nemen.
Uit onderzoek van het Mulier Instituut blijkt dat de sportdeelname onder jongeren licht is gedaald in de afgelopen jaren. Dit komt deels doordat de concurrentie met andere vrijetijdsbestedingen, zoals gamen, toeneemt. Vooral tieners besteden een aanzienlijk deel van hun vrije tijd aan videogames. Volgens een rapport van het CBS gamen jongeren tegenwoordig gemiddeld zo’n 12 tot 18 uur per week, afhankelijk van hun leeftijd en geslacht.
De relatie tussen gamen en sporten is complex. Aan de ene kant kan gamen sportieve activiteiten verdringen, omdat het een tijdrovende bezigheid is die vaak binnenshuis wordt uitgevoerd. Aan de andere kant worden e-sports en actieve videospellen (zoals games met bewegingssensoren) steeds populairder, waardoor het mogelijk is dat gamen en sport in de toekomst dichter bij elkaar komen te liggen.
Hoewel er zorgen zijn dat de balans tussen sporten en gamen verschuift, blijkt uit hetzelfde onderzoek dat de meeste jongeren nog steeds fysiek actief zijn. Sportverenigingen spelen daarbij een cruciale rol. Echter, het blijft een uitdaging om sport aantrekkelijk te houden in een tijdperk waar digitale ontspanning steeds dominanter wordt.
Stelling: “Ondanks de opkomst van gamen, blijven de meeste jongeren nog steeds fysiek actief.”
Zie laatste alinea.
In Nederland spelen sportverenigingen een belangrijke rol in de sportdeelname van jongeren. Veel kinderen en tieners zijn lid van een sportclub, wat hen niet alleen helpt om fysiek actief te blijven, maar ook sociale vaardigheden en teamgeest bevordert. Ondanks het belang van sporten voor de gezondheid, lijkt de tijd die jongeren besteden aan sport af te nemen.
Uit onderzoek van het Mulier Instituut blijkt dat de sportdeelname onder jongeren licht is gedaald in de afgelopen jaren. Dit komt deels doordat de concurrentie met andere vrijetijdsbestedingen, zoals gamen, toeneemt. Vooral tieners besteden een aanzienlijk deel van hun vrije tijd aan videogames. Volgens een rapport van het CBS gamen jongeren tegenwoordig gemiddeld zo’n 12 tot 18 uur per week, afhankelijk van hun leeftijd en geslacht.
De relatie tussen gamen en sporten is complex. Aan de ene kant kan gamen sportieve activiteiten verdringen, omdat het een tijdrovende bezigheid is die vaak binnenshuis wordt uitgevoerd. Aan de andere kant worden e-sports en actieve videospellen (zoals games met bewegingssensoren) steeds populairder, waardoor het mogelijk is dat gamen en sport in de toekomst dichter bij elkaar komen te liggen.
Hoewel er zorgen zijn dat de balans tussen sporten en gamen verschuift, blijkt uit hetzelfde onderzoek dat de meeste jongeren nog steeds fysiek actief zijn. Sportverenigingen spelen daarbij een cruciale rol. Echter, het blijft een uitdaging om sport aantrekkelijk te houden in een tijdperk waar digitale ontspanning steeds dominanter wordt.
Stelling: “Sociale media dragen in gelijke mate als gamen bij aan de afname van sportdeelname onder jongeren.”
Wees extra waakzaam bij een aannemelijke stelling, check of de stelling is onderbouwd door de tekst.
In Nederland spelen sportverenigingen een belangrijke rol in de sportdeelname van jongeren. Veel kinderen en tieners zijn lid van een sportclub, wat hen niet alleen helpt om fysiek actief te blijven, maar ook sociale vaardigheden en teamgeest bevordert. Ondanks het belang van sporten voor de gezondheid, lijkt de tijd die jongeren besteden aan sport af te nemen.
Uit onderzoek van het Mulier Instituut blijkt dat de sportdeelname onder jongeren licht is gedaald in de afgelopen jaren. Dit komt deels doordat de concurrentie met andere vrijetijdsbestedingen, zoals gamen, toeneemt. Vooral tieners besteden een aanzienlijk deel van hun vrije tijd aan videogames. Volgens een rapport van het CBS gamen jongeren tegenwoordig gemiddeld zo’n 12 tot 18 uur per week, afhankelijk van hun leeftijd en geslacht.
De relatie tussen gamen en sporten is complex. Aan de ene kant kan gamen sportieve activiteiten verdringen, omdat het een tijdrovende bezigheid is die vaak binnenshuis wordt uitgevoerd. Aan de andere kant worden e-sports en actieve videospellen (zoals games met bewegingssensoren) steeds populairder, waardoor het mogelijk is dat gamen en sport in de toekomst dichter bij elkaar komen te liggen.
Hoewel er zorgen zijn dat de balans tussen sporten en gamen verschuift, blijkt uit hetzelfde onderzoek dat de meeste jongeren nog steeds fysiek actief zijn. Sportverenigingen spelen daarbij een cruciale rol. Echter, het blijft een uitdaging om sport aantrekkelijk te houden in een tijdperk waar digitale ontspanning steeds dominanter wordt.
Stelling: “De opkomst van e-sports zou de sportieve kloof tussen gamen en traditioneel sporten in de toekomst kunnen verkleinen.”
Wees waakzaam als de stelling aannemelijk is en check of het in de tekst staat.
In Nederland spelen sportverenigingen een belangrijke rol in de sportdeelname van jongeren. Veel kinderen en tieners zijn lid van een sportclub, wat hen niet alleen helpt om fysiek actief te blijven, maar ook sociale vaardigheden en teamgeest bevordert. Ondanks het belang van sporten voor de gezondheid, lijkt de tijd die jongeren besteden aan sport af te nemen.
Uit onderzoek van het Mulier Instituut blijkt dat de sportdeelname onder jongeren licht is gedaald in de afgelopen jaren. Dit komt deels doordat de concurrentie met andere vrijetijdsbestedingen, zoals gamen, toeneemt. Vooral tieners besteden een aanzienlijk deel van hun vrije tijd aan videogames. Volgens een rapport van het CBS gamen jongeren tegenwoordig gemiddeld zo’n 12 tot 18 uur per week, afhankelijk van hun leeftijd en geslacht.
De relatie tussen gamen en sporten is complex. Aan de ene kant kan gamen sportieve activiteiten verdringen, omdat het een tijdrovende bezigheid is die vaak binnenshuis wordt uitgevoerd. Aan de andere kant worden e-sports en actieve videospellen (zoals games met bewegingssensoren) steeds populairder, waardoor het mogelijk is dat gamen en sport in de toekomst dichter bij elkaar komen te liggen.
Hoewel er zorgen zijn dat de balans tussen sporten en gamen verschuift, blijkt uit hetzelfde onderzoek dat de meeste jongeren nog steeds fysiek actief zijn. Sportverenigingen spelen daarbij een cruciale rol. Echter, het blijft een uitdaging om sport aantrekkelijk te houden in een tijdperk waar digitale ontspanning steeds dominanter wordt.
Stelling: “Het Mulier Instituut heeft aangetoond dat de sportdeelname onder jongeren in de afgelopen jaren sterk is toegenomen.”
Scan de tekst op ‘Mulier instituut’ en bestudeer dat stuk. Wordt de stelling onderbouwd?